[ Start ]

Lees Meer 2

Op de website van JON, sinds 2013

Januari 2017

Halfjaar-verslag 2016 B - Juli t/m december 2016 - dd 24 januari 2017 
Het verslag over 2016 is in twee delen geschreven omdat er in 2016 veel veranderd is. ... Het aantal deelnemers is verdubbeld. 
Van de thema's die zo als vanzelf tevoorschijn komen noemden wij er in het verslag van 2016 A al enkele. Te weten: angst, ouders, zelfacceptatie (?), 'monsters in mij', diagnoses en isolement. Ten dele noemen wij deze weer, ten dele ook andere thema's, te weten: 'Een groep is eng en zwaar!" - Wat is daar eng aan?
'Zelfacceptatie?
' en 'Downloaden'. 
Dit jaar
traden de JORis groepen in beperkte mate naar buiten. Daardoor geniet de methodiek nu ook een bredere bekendheid - en zelfs waardering. Er is een brug gebouwd, een brug in aanbouw - en nog een brug te bouwen. 
Dit is een handreiking aan de professionele hulpverlening en aan de samenleving. Er gebeurt niets tegen beide, maar met beide. 

December 2016 

Citaten uit: 
Houtepen, Jenny A.B.M.; Sijtsema, Jelle J. and Bogaerts, Stefan; 
Seksueel aangetrokken zijn tot minderjarigen - Seksuele ontwikkeling, omgaan met verboden gevoelens en het ontladen van seksuele gevoelens bij zelfverklaarde pedofielen. 
- Department of Developmental Psychology, Tilburg University, Tilburg, The Netherlands

Vertaald uit: 
- Journal of Sex & Marital Therapy; 22 June 2015 -
- PDF File 

- Commentaar: JON

Dit artikel beoogt het geven van meer inzicht in pedofiele oriëntatie, alsook in het risico en de beschermende factoren bij niet klinisch opgenomen pedofielen, om overtreding van de wet te voorkomen.
Vijftien deelnemers werden geïnterviewd over seksualiteit, het omgaan problemen en over seksuele zelfbeheersing. Veel deelnemers worstelen met het erkennen van hun pedofiele gevoelens voor prepuberale kinderen, als gevolg waarvan zij psychische problemen ondervonden. Meerderen van hen hebben seksuele overtredingen begaan in hun tienerjaren, terwijl zij bezig nog waren hun gevoelens te ontdekken.
Het vroeg ontdekken van risicofactoren en een vroeg begin van interventie lijken noodzakelijk om wetsovertredingen te voorkomen. Dit te meer omdat resultaten veronderstellen dat risico’s voor wetsovertreding kunnen worden verminderd door het geven van meer openheid over pedofilie en het aanbieden aan pedofielen van sociale steun en toezicht.  
 
Gieles, Frans E J, Sympathiek onderzoek in het verkeerde kader - 2016 - over het artikel van Houtepen cs 2015 (zie hier boven) JON
Een op zich vernieuwende kijk op mensen met pedofiele gevoelens die massaal bereid en in staat zijn om zichzelf te beheersen ... is hier bekeken door de bril, het kader, het frame van het meer beschreven en dus bekende en vertrouwde dader & slachtoffer model, dat nu net gaan over de mensen die zichzelf niet wisten te beheersen. 
 

November 2016

Citaten uit 

Padding, R.; Pedofilie en conflict - Onderzoek naar de conflict-beladen relatie tussen het bestaan van pedofielen en de Nederlandse samenleving - 
Vertaald uit het Engels. 
Radboud Universiteit Nijmegen - 2015
Dit onderzoek concentreert zich op pedofielen en hun plaats in de Nederlandse maatschappij. Uitgaande van de vraag: “In welke mate is er een conflict vanwege het bestaan van pedofielen in de Nederlandse maatschappij?”De informatie is verzameld en geanalyseerd dooreen kwantitatieve analyse op inhoud van kranten artikelen en semi-gestructureerde vragen bij het interview met pedofielen.
In dit onderzoek zijn pedofielen gedefinieerd als personen met een seksuele oriëntatie gericht op kinderen jonger dan 16 jaar. De seksuele oriëntatie omvat niet alleen seksuele gevoelens maar ook romantische gevoelens.

De twee belangrijkste resultaten: 
- Als eerste: kranten geven een gegeneraliseerd beeld weer van pedofielen als personen die handelen of mogelijk kunnen handelen op een pedoseksuele wijze. Deze overdreven generalisatie leidt tot de beeldvorming van een gestigmatiseerd stereotype, die van de seksueel-criminele kindermisbruiker.
- Als tweede: de respondenten ervaren dat stigma in hun dagelijks leven, zodat zij zich niet geaccepteerd voelen door de maatschappij. Daarentegen ervaren ze een structureel conflict dat zich uit in de vorm van ongelijkwaardigheid in hun levensmogelijkheden. Het feit dat zij zich niet kunnen uitspreken over hun seksuele identiteit kan leiden tot moeilijkheden in het sociale leven. Zij vragen om bescherming en professionele hulp, om te leven zonder angst op ontdekking. Dit laatste is een vorm van verborgen geweld.

 Uit de resultaten: "De organisatie die onder de respondenten het hoogst gewaardeerd wordt is de zelfhulpgroep JON van de NVSH."
Uit de discussie: "Verder zou het een goed hulpmiddel zijn om uit te vinden welke mogelijkheden er zijn om verenigingen als de NVSH en de zelfhulpgroep te versterken en te beschermen. Op die wijze krijgen pedofielen de hulp die zij nodig hebben."

September 2016

De mens en zijn verhaal - De theoretische en filosofische basis van de narratieve zelfhulp en therapie - Frans E. J. Gieles, 2016 (b)  JON & JORis West
Om de theoretische en filosofische onderbouwing van de narratieve zelfhulpmethode te schetsen, hier nog slechts weergegeven als "een eerste poging, essay", moeten we beginnen bij de filosofische achtergrond. Pas van daaruit is de narratieve theorie en therapie logisch, gevolgd door de narratieve zelfhulpmethodiek, die in "Het verhaal dat verteld mag worden" geschetst is. 
 
Mulder, Jules: De pedofiele relatie  Justitiële verkenningen, jrg. 41, nr. 4, 2015
Bij pedofielen is er naast de seksuele verlangens doorgaans ook een wens tot een emotionele relatie met een kind: de pedofiel geeft om het kind en wil graag kind zijn met de kinderen. [...]  Een pedofiele relatie hoeft dus ook geen feitelijke seks te bevatten, hoewel de volwassene het verlangen daartoe wel zal voelen.  [...]
De meeste pedofielen leven vele jaren met deze gevoelens zonder ernaar te handelen. [...] 
Voor kinderen kan een speciale relatie met een volwassene volledig onschadelijk of zelfs heilzaam zijn. Pas als er sprake is van geheimen, van het buiten sluiten van anderen, is het schadelijk [...]. 
De pedoseksuele relatie is in verschillende opzichten problematisch. [...] Het geheime van het contact maakt dat de jongere zijn ervaringen niet met vrienden en ouders kan delen. [...]
Pedofiele relaties zonder seks bestaan en kunnen erg waardevol zijn voor een kind. Het hebben van een oudere vriend, om mee te praten, te vissen en naar muziek te luisteren, kan het kind door moeilijke tijden heen helpen en hem ervaringen meegeven waar hij in zijn ontwikkeling veel aan heeft. 
De pedofiele relatie kan dus best gewenst zijn, de pedoseksuele niet. 
 
Mulder, Jules: 
Bos, Kim interviewt Jules Mulder: 
Jaren tussen mannen met verboden gevoelens. „Je zal het maar hebben. Gevoelens die je nooit mag uitleven.”
NRC 13 oktober 2015
Mulder geldt als genuanceerde stem in een debat waarin kortzichtigheid en emoties vaak domineren. Hij ging in tv-programma’s als Rondom 10 in gesprek met boze burgers. Keer op keer legde hij uit waarom het echt geen zin heeft om alle pedo’s op een eiland te zetten. Daar roei je het probleem niet mee uit, vindt Mulder. [...] 
De meeste doen niets, maar worstelen met hun verboden gevoel. [...]
Ik probeer te verkondigen dat het niet verkeerd is om die pedofiele gevoelens te hebben. 
 

Juli 2016

Halfjaar-verslag 2016 A - Januari t/m juli 2016 - dd 29 Augustus 2016  JON & JORis West
Dit verslag is geschreven omdat er in 2016 veel veranderd is. In plaats van één groep in het oosten, is er nu ook een groep in het westen. Bovendien is de structuur veranderd en is de werkwijze sterk in ontwikkeling. 
 
Gieles, Frans E J; Het verhaal dat verteld mag worden ... in de zelfhulpgroep JON - Versie 4b JON/JORis 
Augustus 2016
“Je bent best streng als gespreksleider … maar daardoor hebben we juist een goed gesprek.”
De in ruim dertig jaar al doende ontwikkelde methodiek poog ik hier onder woorden te brengen – in eerste aanleg en versie dan. Een theoretische en filosofische onderbouwing moet nog volgen. 
 
Over 
Koops, Willem, Bas Levering & Micha de Winter; Over kinderen en seks; SWP 2014; 
Een recensie van Willem van Veen
NVSH Nieuwsbrief 
november 2015
Eind vorig jaar is het boek Over kinderen en seks uitgekomen. Het bestaat uit
een achttal voordrachten vanuit verschillende disciplines die gehouden zijn in
het kader van de seksuele ontwikkeling en opvoeding aan de Universiteit van
Utrecht. Gebundeld geven ze de tijdgeest weer over kinderen en seks in
Nederland aan het begin van de 21ste eeuw. [...]
Een voor de leden van de NVSH interessant stuk [is dat van] van Paul Schnabel, getiteld Het eind van het taboe op de seksualiteit, waarin de rol van de NVSH bij het beëindigen van een groot aantal seksuele taboes wordt besproken. 
Dan volgt er een vrij deprimerend en quasiwetenschappelijk hoofdstuk van
Martine Delfos waarin de seksuele ontwikkeling vanuit een jaren vijftig mentaliteit van de schrijfster wordt behandeld. [.. ... ...]
In het laatste hoofdstuk getiteld Seksuele opvoeding: opgave of uitdaging, krijgen ouders en professionele opvoeders aanwijzingen aangereikt waarmee ze de seksuele opvoeding vorm kunnen geven.
 
Veen, Willem van; De onzin van libidoremmende middelen  NVSH Nieuwsbrief, november 2014
Er is een directe relatie tussen het hormoon testosteron en agressie. [...] Er is ook een relatie tussen testosteron en seksueel gedrag. De wijze waarop testosteron van invloed is op het seksuele verlangen en het seksueel gedrag is vooralsnog met vraagtekens omringd. [...]
Testosteron verlagende medicijnen (ook wel bekend als chemische castratie) worden opmerkelijk genoeg niet gebruikt om te voorkomen dat mensen die een ernstig geweldsdelict hebben gepleegd recidiveren. Ze worden ook niet standaard gebruikt in de behandeling van verkrachters. [...]
Testosteron verlagende medicijnen worden wel massaal voorgeschreven aan mensen met een pedoseksuele voorkeur die seksueel contact hebben gehad met een minderjarige. Ongeacht of hierbij sprake was van een ongewenst contact. En ook dit is opmerkelijk.
 
Gieles, Frans E. J.; Lustremmers - Hier is iets raars aan de hand - 2009 Brief aan RSJ; 
www.human-being.nl  
De Raad voor de Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming, de RSJ, een adviesorgaan, doet nu een onderzoek naar libidoremmende middelen. Daarom gooi ik maar eens even een knuppeltje in het hoenderhok, want hier is iets heel raars mee aan de hand. [...]
"Vrijwel alle patiënten zijn tevreden met de medicatie." [...]
Ik hoor heel andere verhalen, vol ontevredenheid; advocaten worden er door overspoeld. Gebruikers van deze middelen, zware drugs in feite, melden dat niet alleen de seksuele lust afneemt, maar alle lust. [...]
Politici en functionarissen bij Justitie zijn geen artsen, toch schrijven ze hier medicijnen voor. [...] Artsen werken onder dwang [...] De patiënt staat voor een onmogelijke keuze tussen twee kwaden. [...]
De genoemde middelen, zware drugs met enge bijwerkingen, zijn geen geneesmiddelen, voorgeschreven op medische noodzaak, het zijn controlemiddelen, door politici voorgeschreven op grond van collectieve angst. Het zijn dwangmiddelen geworden.
Citaten uit 
Leven op de rem ; door Kim Bos
Ben heeft een baan, hij heeft vrienden en hij is pedofiel. Samen met een vriendin vertelt hij hoe het is om zijn geaardheid niet te kunnen beleven.
NRC 15 juni 2016
Hij [... vertelt] ] over het "pijnlijke pad" dat hij heeft moeten bewandelen om te begrijpen dat hij in de praktijk niets kan doen met zijn seksuele fantasiën. "Je leeft met de vrees van sociale uitstoting door vrienden en familie als zij achter je geaardheid komen. Dat kan een allesoverheersende en verlammende angst zijn."
„Ik ben zeker niet eenzaam. Ik voel mij veelal gelukkig en niet in de laatste plaats omdat ik mijn pedofiel zijn voor een deel kan uiten. Een paar jongens komen hier wel eens over de vloer. Ik uit mij door met hen te praten, te spelen, huiswerk te maken, te sporten of te koken. Alleen niet in seks. Het leven van een pedofiel kan zinvol en fijn zijn. Maar makkelijk is het zelden."
 
Jacobsen, David; Hulp voor pedofiele jongeren Scriptie HvA 2015;
Ouders Online.
Waar kunnen jongeren terecht als ze ontdekken dat ze pedofiele gevoelens hebben? David Jacobson deed er onderzoek naar, in opdracht van Ouders Online. Hij studeerde erop af (bij pedagogiek aan de HvA) en won er een prijs mee voor de beste scriptie. 
Steun van de ouders blijkt heel belangrijk te zijn voor een jongere, bij het accepteren van zijn geaardheid, en het leren ermee om te gaan. En omgekeerd: afwijzing of onbegrip van de ouders kan bijdragen aan een (sociaal) isolement van de jongere, wat tot depressies of andere psychische problemen kan leiden.
De respondenten zeiden bijna allemaal dat praten met gevoelsgenoten het beste helpt.
Herkenning op jonge leeftijd, samen met meer kennis en ondersteuning, kan een pedofiel en diens omgeving enorm helpen met deze gevoelens om te leren gaan, zich geen outcast te voelen, en mogelijk misbruik te voorkomen.
 

December 2015

Jaarverslag 2015 
In het jaar 2015 had JON tussen de 20 en 25  leden. Hun leeftijden lopen uiteen van jonge twintigers tot zeventigers; allen zijn man. 
De groep werd in de loop van 2015 alweer te groot voor een huiskamer en voor een gesprek met voldoende diepgang en waarin ieder die dit wil aan bod komt. Besloten is toen om de groep binnenshuis te splitsen in subgroepjes, elk met een van de coördinatoren als gespreksleider. 
Er zijn individuen die 'niet zo van een groep houden', de groep te groot vinden, de verhalen te veel - of die zich afmelden met 'Sorry, ik ben te depressief' of woorden van die strekking. Met deze individuen houden de coördinatoren individueel contact: zij gaan op reis. 
Nu zijn er ook professionele therapeuten die nu en dan hun gezicht laten zien, komen luisteren en bereid zijn desgevraagd therapeutische hulp te verlenen. |
Nadat bestuur en ledenvergadering van de NVSH naar verwachting in januari 2016 hun fiat hebben gegeven, gaat in februari 2016 de NVSH werkgroep JORis West van start, in het westen des lands dus. 
JON gaat verder, nu naar jaar veertig van haar bestaan ...

Oktober 2015

Beek, Erik van & Dokkum, Nynke: 
Samenvatting onderzoek: Jongeren met pedofiele gevoelens;
November 2015  
Behoeftepeiling rond informatievoorziening, voorlichting en hulpverlening voor jongeren met pedofiele gevoelens, onder pedofiele jongeren en enkele volwassen pedofielen  

JON

Wat jonge (en oudere) pedofielen vooral missen, is iets lezen over pedofilie dat neutraal of positief is. Ze willen niet steeds het gevoel krijgen een dader, gek of tikkende tijdbom te zijn. Bovendien willen ze meer lezen over het duidelijke verschil tussen pedofiel of pedoseksueel zijn: twee verschillende thema's die vaak onterecht door elkaar worden gebruikt. Dit creëert niet alleen een verkeerd maatschappelijk beeld maar ook een negatief zelfbeeld, zeker bij een zichzelf ontdekkende pedofiel.   

Hulp en informatie uit lotgenotencontact, zowel online als fysiek, geeft ze het gevoel niet alleen te zijn, zichzelf en hun verhaal te herkennen en zichzelf te leren accepteren en te erkennen als persoon. Ze willen namelijk niet alleen als pedofiel maar vooral als mens (h)erkend worden.
  
Er bestaat behoefte aan zowel praten met lotgenoten als gedegen professionele hulp, iemand die je begrijpt als mens, je met praktische zaken helpt en praktische antwoorden geeft op identiteitsvragen. 
Een combinatie van beide (...) zou een goede optie zijn. Niet alleen voor jongere pedofielen, maar ook voor de al wat oudere. Overleg hierover tussen professionals en lotgenotenorganisaties is reeds gestart.
 

Gieles, Frans E J; Het verhaal dat verteld mag worden … in de zelfhulpgroep JON JON
1 oktober 2015
“Je bent best streng als gespreksleider … maar daardoor hebben we juist een goed gesprek.”
De in ruim dertig jaar al doende ontwikkelde methodiek poog ik hier onder woorden te brengen – in eerste aanleg en versie dan. Een theoretische en filosofische onderbouwing moet nog volgen.

Juni 2015

Gieles, Frans, Is pedofilie een seksuele oriëntatie? 
Een commentaar op Seto's artikel: "Is Pedophilia a Sexual Orientation?" 
JON
29 juni 2015
Meestal worden mensen met pedofiele gevoelens gezien als afwijkend, lijdend aan cognitieve stoornissen - 'denkfouten' - en aan een psychische ziekte. Ze zijn ziek en hebben dus behandeling nodig. Als hun gevoelens nu eens gezien worden als een bepaalde seksuele oriëntatie, dan kunnen ze gezien worden als medemensen, weliswaar verschillend, maar met wie je kunt praten, met wie je een dialoog kan aangaan waarin zij hun eigen verhaal kunnen vertellen, waar dan respectvol naar geluisterd kan worden.
 
Gieles, Frans; Als pedofiel geboren? JON, 28 juni 2015
Op 11 juni 2015 meldde het Algemeen Dagblad: 'Steeds meer bewijs dat pedofilie al in baarmoeder ontstaat' ... Hiervan blijkt niet veel te kloppen, evenmin als van het artikel in The Telegraph (UK), waarop het AD zich baseert. 
Dus kijken we eens naar het oorspronkelijke artikel. Hiervan wordt eerst een begrijpelijke samenvatting gegeven, gevolgd door links naar het oorspronkelijke artikel, waarna commentaar op het artikel, een onderzoeksrapport, dus op het onderzoek zelf, wordt gegeven. 
Hierover valt nogal iets te zeggen: over de veel te kleine en beslist niet aselecte steekproef, over het gebruik van begrippen, over het reductionisme enerzijds en de veel te brede conclusies anderzijds, en over het onderliggende model, te weten het gedragswetenschappelijke model. 
Met behulp van een bioloog wordt besproken wat er nu wel in aanleg gegeven kan zijn: vermogen tot en neiging tot sensitiviteit, maar later gedrag valt hieruit nooit te voorspellen. 
Een Epiloog besluit het artikel. De schrijver richt zich hierin tot de mensen met pedofiele gevoelens en tot de samenleving. 

Januari 2015

Jaarverslag 2014 
In 2014 stopte de een na laatste groep, die van Den Haag, waarna JON als enige groep nog is gebleven. In de naam staat "ON" voor "Oost Nederland", in feite werkt de groep nu landelijk.
JON accepteert de samenleving en haar wetten zoals deze zijn, propageert niets; de groep is het eens over een hands-off ethiek; haar doel is hulpverlening - en wel door zelfhulp. 
Al vaker zijn in de jaarverslagen de drie problemen genoemd die de JON-(zelf-)hulpverlener steeds weer tegenkomt op zijn pad: isolement, obsessie en depressie. Genoemde problemen lijken zelfs vaker voor te komen. Het bespreken ervan heeft de JON-gesprekken dit jaar zelfs nogal wat ernstiger gemaakt. Nee, gezelligheid is noch doel noch resultaat. 
JON is expliciet gericht op hulpverlening, en wel in de vorm van zelfhulp. Dit houdt in dat de leden (en de mensen uit de kring er omheen) elkaar helpen. Er is geen behandeling, geen therapeut en er zijn geen cliënten, laat staan patiënten, er is een groep mensen die elkaar helpt - niet dus 'behandelt'. 

Gieles, Frans; Over kinderpornografie   JON
november 2014
De discussie gaat over twee standpunten: (a) Kijken naar deze afbeeldingen leidt tot daden van misbruik; (b) Kijken naar deze afbeeldingen verlicht de spanning en voorkomt daden van misbruik.
Het laatste standpunt begint het pleit te winnen
... Recent in Nederland ... De betrokkenen .... Ethiek ... De wet ... De rechtspraktijk ... Het INDIGO-beleid ... De media ... Wat is normaal? ... Wat is goed? ... 
 
Gieles, Dr Frans E J; Het INDIGO-beleid
"Initiatief Niets Doen Is Geen Optie" 
JON 
januari 2015
Vanaf november 2013 geldt bij Justitie, in casu het OM, het zogeheten "INDIGO-beleid" ... Wat het OM nu doet, is ... aan elke verdachte van een zeden-gerelateerd delict de eis van toezicht en behandeling opleggen ... De voorwaarden zijn ... zeer dwingend van aard. 
Er treedt dan een merkwaardige 'stoelendans' op. ... Met haar eis van 'behandeling' gaat het OM, de jurist, op de stoel van de arts zitten. ... Op naar de behandelaar dus, als het goed is: de genezer, erheen gestuurd door de jurist die op de stoel van de arts is gaan zitten. De praktijk leert dat deze genezer vervolgens op de stoel van de rechercheur, de officier, de diagnosticus en de rechter gaat zitten. ... 

Februari 2014

Over JON

Jaarverslag 2013 
Per 1 januari 2013 zijn er twee gespreksgroepen gevormd: JON-Noord en JON-Zuid, elk met twee coördinatoren. Dit bleek niet te werken. [...] 
Niet iedereen is geneigd en geschikt om in een groep te functioneren. Meerderen valt het zwaar om met aandacht naar de problemen van anderen te luisteren. Daardoor ontstond een nieuwe indeling: 

  • deze blijft gewoon in stand, zij het nu in één groep - die nu niet meer te groot is. 

  • Individueel: deze mensen krijgen regelmatig contact met een van de coördinatoren aangeboden. Hoewel deze in principe als professioneel hulpverlener kunnen functioneren, blijven zij hier de zelfhulp-werkwijze als leidraad volgen.

Augustus 2014

Maruna, Shadd & Mann, Ruth E
Denkfout over denkfouten? 
Een samenvattende bespreking van het artikel A functional attribution error? Rethinking cognitive distortions 
Samenvattend vertaald door Dr Frans E J Gieles
Legal and Criminological Psychology, # 6, 2011, pp 155 - 177

Wie te maken krijgt met de zogeheten 'behandeling van zedenplegers' krijgt te maken met het begrip 'denkfout(en)'. [...]  
Wie vooraf psychologisch/psychiatrisch onderzocht wordt en daarbij zulke gedachten heeft geuit ("Vertelt u vooral vrijuit alles wat u denkt!") krijgt in het rapport te lezen dat hij/zij lijdt aan een cognitieve stoornis, waarvoor behandeling uiteraard dringend nodig is, welke stoornis dan ook vaak het uitgangspunt van de behandeling is. [...]
De schrijvers van het hier besproken artikel kritiseren het gebruik van dit begrip cognitive distortion, alias cognitieve stoornis dan wel denkfout; het begrip zelf dus, dus ook het gebruik ervan:

Het begrip cognitieve stoornis wordt sinds twintig jaar gekoesterd in de literatuur over daderbehandeling, maar de definities van dit begrip zijn allerminst duidelijk. Het is een 'containerbegrip' geworden ... [...] 
Sterker nog, het aanwijzen van denkfouten als veroorzakers van delicten kan zelf wel eens een  denkfout zijn. [...]
Zoals altijd het geval is, concluderen ook wij dat er meer onderzoek nodig is. Dit toekomstige onderzoek zal dan echter wel plaats moeten vinden met een meer open en waarheidzoekende blik op wat de daders hier zelf over te zeggen hebben, teneinde de daders niet langer op te zadelen met een misplaatst label, zoals dat van een cognitieve stoornis.

Juni 2014

 :

James, Australië ;
Mijn ervaring met een 'deskundige'  
Vertaalde reactie
Je vroeg hoe ik me zou voelen als iets dat ik in vertrouwen aan een 'deskundige' had verteld, doorgegeven zou worden aan de politie. Ik zou sprakeloos zijn, en ik spreek uit ervaring. Toen ik 16 was liep ik bij een psychiater vanwege de gevolgen van pesten op school in mijn jeugd, en mijn irrationele angst voor groepen jonge mannen. 
Uiteindelijk kreeg de psychiater uit me dat ik in mijn jeugd een seksuele ervaring had gehad. Ze vroeg me "hoe beschadigd voelde je je?". Ik was nogal van mijn à propos gebracht en zei "ik voel me niet beschadigd, het voelde heel goed." De psychiater keek alsof ze een spook had gezien. [...] Ze geloofde geen woord van wat ik zei. [...]
De verpleger vond uit dat ik bijles gaf en stuurde me door naar de politie. 
 
Drie meta-analyses van Roberto Maniglio.
 JON
Drie artikelen van Roberto Maniglio zoeken naar samenhang tussen 'seksueel misbruik in de kindertijd' (SMA/CSA - Child Sexual Abuse) en latere problemen. Er blijkt een samenhang, maar geen sterke: andere factoren spelen mee. 
 
Gieles, Frans E J, Leiden ongewenste seksuele ervaringen in de jeugd tot latere problemen met relaties? Bespreking van onderzoek uit Leuven en Londen:
 
Revell, Arlynn, Vansteenwegen Alfons, Nicholas Lionel, & Dumont Kitty; Oct 23 2008.
 Unwanted early sexual experiences (UESE) and relationship adjustment among students in committed relationships; 
JON

Universiteit van Leuven en van Fort Hare, Londen en Zuid Afrika.

Electronic Journal of Human Sexuality.

 

Onze resultaten ondersteunen niet die van het (gebruikelijke) onderzoek en de conclusie daarvan dat 'overlevers' van seksueel misbruik van kinderen meer problemen hebben met intieme relaties dan degenen die geen misbruik hebben meegemaakt.
 
Onze bevindingen ondersteunen die van Rind cs (1998 en 1997), die stellen dat er slechts een gering verband is tussen vroeg misbruik en latere psychopathologie.
Seksueel misbruik in de kindertijd (hier: ongewenste ervaringen) leiden niet onherroepelijk tot latere relatieproblemen.
 
Anoniem, Vriend of vijand? Over pedofilie en pedoseksualiteit; Scriptie, 2005 JON
Veel pedofielen gaan op maatschappelijk verantwoorde wijze met hun gevoelens om en zullen dan ook nooit een kind schade berokkenen. Helaas wordt er aan deze groep pedofielen nooit aandacht besteed in de media. Ik hoop dan ook met deze scriptie een ander beeld te hebben geschetst van de pedofiel en dat mensen zelf gaan nadenken in plaats van de media te volgen.
 
Boer, Jan den, Van 'gevaarlijke hartstocht' naar zacht verlangen Trouw, Podium, 17 maart 2011
Nog steeds proberen streng gelovige mensen hun 'gevaar1ijke hartstocht' te onderdrukken. [....] Ik wil zeker niet pleiten voor het in alle vrijblijvendheid uitleven van lustgevoelens. Het kan ook anders. Belangrijk is dat je onderscheid maakt tussen begeerte en verlangen. Vaak worden die begrippen door elkaar gebruikt. [...]
De begeerte raak je niet kwijt door deze te onderdrukken, maar door deze meditatief te onderzoeken. [...] [Zo] kun je leren de heftigheid van de begeerte te transformeren naar de liefdevolle aandacht van het gevoel van verlangen.
 

Heb jij dat ook wel eens, dat gevoel ... 
Mensen die luisteren naar je verhaal ...
Auteur en bron onbekend
Bestaan er dan toch mensen die je begrijpen? 
Mensen die luisteren naar je verhaal,
zonder veroordelen, maar je respecteren als mens, om wie je bent ... 
 
Postma, Annemarie, 
De helende kracht van acceptatie - Levenskunst is meester worden van je leven
 Bres 269, september 2011
Acceptatie vind ik het mooiste woord dat er is. Boeddhisten hebben er zelfs een term voor die nog mooier is en een diepere betekenis heeft: tathata. Tathata betekent onvoorwaardelijk ‘ja' zeggen. Het betekent zo absoluut en totaal ‘ja' zeggen dat er geen verdeeldheid meer in jezelf heerst, er geen enkele ontkenning meer in jezelf is, en er geen ‘nee’ meer in je bestaat. Je wordt één in jouw ’ja' . [...]
Straf en veroordeel jezelf dan ook niet. Bedenk: het is een proces, een reis, een weg van vallen en opstaan.
 

Oktober 2013

Liebrechts, Malou, 
Echt, de meeste pedofielen zijn geen pedoseksuelen
NRC Opinie, 12 september 2013
Mensen kunnen goed leven met onvervulde verlangens. Dat geldt ook voor pedofielen. 

September 2013

De ervaringen van homo- en biseksuele mannen met inter-generationele seksuele contacten in hun kindertijd; Stanley, Jessica L., Bartholomew Kim & Oram Doug In: The Journal of Sex Research, 41-4

 

April 2013

Aan het rapport van de Commissie Deetman - zie iets hieronder - zijn toegevoegd: 

Hoofdstuk 3:
Schuivende panelen - Een achtergrondstudie naar wereldlijke en kerkelijke ontwikkelingen rond om seksueel misbruik van minderjarigen binnen de Rooms-Katholieke Kerkprovincie (1945-2010)

Balans, 2011
Dr S B Kool

 

Deze achtergrondstudie maakt deel uit van het tweede spoor: het sociologisch/historisch onderzoek.
Ontwikkelingen die zich in de periode 1945-2010 hebben voorgedaan binnen wetgeving, jurisprudentie en beleid worden beschreven in het licht van de maatschappelijke opvattingen over de strafwaardigheid van seksueel misbruik. 
Aanvullend hierop volgt eerst een korte beschrijving van het politiek-maatschappelijke denken en de daaruit voortvloeiende strafwetgeving in de jaren voor de Tweede Wereldoorlog, noodzakelijk om een goed begrip te krijgen van het politiek-maatschappelijke vertoog betreffende de (strafbare) seksualiteit zoals dat zich heeft ontwikkeld in de periode 1945-2010.

 
Hoofdstuk 4:
De "Woodstock-defense" en seksueel misbruik van minderjarigen in de Nederlandse Rooms-Katholieke Kerkprovincie -
dr. H.P.M. Kreemers 
Balans 2011
Dat de pleidooien van Brongersma en anderen in die tijd veel aanhang hadden zou een misplaatste conclusie zijn. Zelfs binnen de NVSH, [...] was sprake van een weliswaar gedulde opvatting over voorlichting over pedofilie en opvang van in moeilijkheden terechtgekomen pedofielen, maar een pleidooi voor afschaffing van de wettelijke bescherming van kinderen voor seksuele contacten met kinderen bleef een opvatting van een kleine minderheid. 
En hoeveel aandacht dit standpunt van deze kleine minderheid in de jaren zeventig ook kreeg, van een 'Woodstock-mythe' was in dit verband in Nederland geen sprake.